Om de stoomlocomotieven van water te voorzien waren er watergebouwen of water reservoirs te vinden bij het spoor. Het water moest van goede kwaliteit zijn. Er mocht niet te veel kalk en zout in het water zitten, wat nadelig voor de ketel  kon zijn. Meestal werd het water uit een in de buurt gelegen kanaal opgepompt. Maar soms ging het ook via een buizenstelsel omdat het water ter plekke niet van goede kwaliteit was. Dan werd het water kilometers ver vervoerd. Voor de pompen werden filterbakken geplaatst om verontreinigingen tegen te houden  en soms werden er toevoegingen aan het water gedaan.

 

 Deze houten waterreservoirs waren te vinden in Emmen ,Ommen en Gasselternijveen.  De karakteristieke huisjes waren een kleine 10 meter hoog. In het bovenste gedeelte bevond zich een metalen reservoir met een inhoud van 2x 25 kuub. Aan de zijkant zat de zwenkpijp om de locomotieven te vullen. In de jaren vijftig werden de  gebouwen  overbodig. Tegenwoordig is een afwijkend NOLS model op het emplacement van Stadskanaal te vinden .

 tek
Bron: Harry Arends
NOLS
 Bron: http://spoornoord.webklik.nl/page/waterreservoirs Bron: Harry Arends